Door de bril van moraliteit vormen we de code hoe we met elkaar om “moeten” gaan en krijgt “eer” een invulling. Respect hebben voor, liefde geven aan, zorgzaamheid en dankbaarheid tonen is hoe we het aangeleerd krijgen. De omgeving waarin we opgroeien geeft de invulling aan “eer”. Alleen is eer vanuit onszelf ontstaan of is eer gevormd door die van anderen? Self honor or someone else’s?
“Toon eerbied voor je ouders” was bij ons thuis gewoon. We spraken met twee woorden en altijd met u. Voor anderen een vreemd gegeven, voor mij een vanzelfsprekendheid. Ik wist niet beter en uit eerbied dacht ik niet anders. Echter, spreken met twee woorden en het spreken met u zegt niets over eerbied. Het geeft een invulling aan dat wat is doorgegeven door anderen.
Als kind moest ik luisteren naar mijn vader. Zodra ik kwam met een “maar” of ik wilde er tegen in gaan was het hek van de dam. Niet met volle mond praten en je bord leeg eten waren het moraal van mijn vader. Het gevolg was dat ik geregeld in mijn eentje in de keuken mijn bord moest leeg eten, zonder gemaar. En ongemerkt hebben deze kleine voorbeelden en vele anderen ervoor gezorgd dat ik mijn mond ben gaan houden. Als mij iets dwars zat kropte ik het op en sloot ik me af in mijn eigen wereld. Uit eer voor een ander hield ik mijn mond.
Niemand luistert naar mij was één van de verborgen points-of-view die ik me eigen had gemaakt. Waarom zou ik mezelf verwoorden als niemand luistert? Of het nu te maken had met een bord eten, een mening of het voelen van pijn, niemand luistert naar mij was mijn conclusie en ik sloot mezelf af. Zodanig dat ik meer en meer vervreemde van mezelf en van anderen.
Toen, en jaren later zat ik vast in mijn eigen gevormde mening totdat ik vragen begon te stellen. Wat is er nodig, waardoor iemand anders wel naar mij luistert? Wat als ik meer naar mezelf luister? En langzaam opende ik daar een gesprek met mezelf waarmee ik meer en meer respect kreeg voor wie ik ben. Ondanks dat het soms leek alsof ik tegen alles inging ontvouwde er zich meer eer voor mezelf. De contradictie van eer hebben was daarmee gevormd.
We leren van anderen wat de inhoud van respect, liefde, zorgzaamheid en dankbaarheid is. Echter deze inhoud blijft overgenomen van anderen en kan aanvoelen als een keurslijf dat kan beklemmen. Het naleven van de gedragscode kan slaafsheid tot gevolg hebben, echter dit alles is het tegenovergestelde van eer gevoel ontwikkelen. Alleen hoe kun je dan de code van eer belichamen als je hierin geen inhoud meekrijgt?
“To honor” is een inhoud die we meekrijgen van onze ouders, van anderen om ons heen. Hoe kies jij er juist in alle vrijheid voor hoe het woord “eer” inhoud krijgt? Self honor, zelf eer ontwikkel je door de vraag te stellen, wat houdt eer voor mij in? Wat is eervol voor mezelf? En wat is eervol voor een ander? Someone else’s is not wrong, het is niet verkeerd om de inhoud van eer over te nemen en je eigen te maken zolang het je niet in een keurslijf brengt. En dit je ontwikkeling niet beperkt.
Zodra we in een samenleving zijn, we te maken hebben met anderen zijn woorden als respect, eer hebben voor van belang. Soms is zwijgen beter, een ruimte verlaten handiger en kunnen we onze mening bijstellen. Echter wordt het vanuit een regiem opgelegd of spreken we van een natuurlijk ontwikkelingsproces waarin we een intern kompas ontwikkelen om te handelen vanuit eer.
“Self honor or someone else’s?” Wat als we bereid zijn om alles wat we weten over eer hebben voor jezelf en anderen, los te laten? En opnieuw een fundament kunnen opbouwen met de bereidheid om eer te ontwikkelen vanuit vrijheid en evolutie? Waarmee we eer belichamen vanuit onze eigen ontwikkeling, respect, liefde, zorgzaamheid en dankbaarheid.